Jaarboek Vereniging Oud-Dordrecht over Jodenvervolging in Dordrecht

Jaarlijks verschijnt bij Vereniging Oud-Dordrecht een jaarboek dat steeds een ander onderwerp uitlicht uit de Dordtse geschiedenis. Het jaarboek 2021 gaat over de Jodenvervolging in Dordrecht tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het boek verschijnt morgen, 22 april.

Nieuwe inzichten

We zijn vertrokken..., de Jodenvervolging in Dordrecht 1940-1945 is de titel van het jaarboek 2021. Het boek behandelt de Jodenvervolging in Dordrecht tijdens de bezetting. Het is een onderwerp dat tot op heden niet grondig was onderzocht of beschreven. Auteur Kees Weltevrede verzamelt al vele jaren alles wat hierover te vinden is, met als doel daar zijn proefschrift aan te wijden. Dat onderzoek heeft geleid tot nieuwe inzichten. Met name de archieven van de Dordtse politie en die van het gemeentebestuur bevatten veel tot nu toe onbekende gegevens.

De tekst gaat onder de afbeelding verder.

Wie was Joods en wie niet

De Jodenvervolging in Dordrecht kan in drie perioden worden ingedeeld. In de eerste jaren (1940-1941) werden de Joden geïdentificeerd en geregistreerd. Wie was Joods en wie niet? Van degenen die als Jood werden aangemerkt, werden maatschappelijke activiteiten steeds verder ingeperkt. Zij werden ontslagen en de toegang tot steeds meer plekken werd hen verboden. Tevens werd in deze eerste periode gekeken naar Joodse vermogens, met als einddoel deze te onteigenen. Deze eerste tijd wordt voelbaar gemaakt met citaten uit het Oorlogsdagboek van de Dordtse advocaat Jaap Burger, waarin hij met een scherpe blik commentaar geeft op de ontwikkelingen.

De tekst gaat onder de foto verder.

Een bord op de deur van het Volksbadhuis op de Vest. @ Regionaal Archief Dordrecht

Huizen van Dordtse Joden verkocht

In de tweede periode (1941-1943) werden de Joden opgepakt en afgevoerd naar Kamp Westerbork in Drenthe. Aanvankelijk was nog onbekend wat dit inhield; er werd gesproken over doorplaatsing naar ‘werkkampen’ in Duitsland. In werkelijkheid waren dit concentratiekampen, waar bijna iedereen op gruwelijke wijze gedood werd. De achtergelaten huizen van de Dordtse Joden werden verkocht, of ter beschikking gesteld aan onduidelijke tussenpersonen. In deze periode ontwikkelden bepaalde leden van de Dordtse politie zich tot echte ‘Jodenjagers’. Vrijwel alle Joden die niet op tijd waren gevlucht of ondergedoken, werden gearresteerd en gedeporteerd.

De tekst gaat onder de foto verder.

Ook Park Merwestein is tijdens de Tweede Wereldoorlog verboden voor Joden. @ Regionaal Archief Dordrecht

Drie Dordtse dagboeken

Het resultaat was, dat er in Dordrecht eind 1943 geen Joden meer leken te zijn. Een aantal van hen was echter ondergedoken, meestal bij particulieren in huis. Deze derde periode (1943-1945), de tijd van de onderduik, duurde ongeveer 2½ jaar. Voor de typering van deze tijd is gebruik gemaakt van een drietal dagboeken van Joodse onderduikers in Dordrecht. Hierin vinden we de beschrijving van hun dagelijkse situatie, tot aan de bevrijding in mei 1945. Het is tamelijk uniek, dat er maar liefst drie Dordtse dagboeken beschikbaar zijn; uit heel Nederland zijn slechts enkele van deze egodocumenten overgeleverd.

De tekst gaat onder de foto verder.

De Buiten Kalkhaven wordt al tijdens de eerste meidagen van 1940 zwaar beschoten. @ Regionaal Archief Dordrecht

Acht verhalen

Als ‘illustratie’ bij de geschiedenis van de Jodenvervolging in Dordrecht, zijn in het boek acht verhalen opgenomen, waarin wordt verteld hoe de vervolging uitwerkte op individuele personen en families. Deze aangrijpende verhalen zijn opgesteld door de journalist Gert van Engelen in het kader van het project Stolpersteine Dordrecht, waarbij in de stoep voor het woonadres van weggevoerde Joden een herinneringssteentje wordt ingemetseld.

Klik hier om het boek te bestellen.